Het begrip van natuurbehoud in de Europese Duurzaamheidsrapportage (ESRS) is cruciaal voor het verduurzamen van bedrijfsprocessen. Deze normen helpen bij het rapporteren van hun impact en de bewustwording en bijdrage aan duurzaamheid. Een belangrijk aspect binnen deze rapportagestandaarden is natuurbehoud en biodiversiteit. Maar voor de meeste bedrijven is dit een geheel nieuw onderwerp, veel bedrijven denken niet eens aan biodiversiteit als impactgebied. Daarom onderzoeken we in deze blog de relatie tussen biodiversiteit en de ESRS, en hoe bedrijven over dit onderwerp moeten rapporteren.
Biodiversiteit onder de ESRS
Biodiversiteit, vaak beschreven als de ruggengraat van alle ecosystemen, is van cruciaal belang voor het voortbestaan en welzijn van de planeet. Onder de ESRS wordt biodiversiteit gezien als één van de vijf milieu onderwerpen. Deze normen benadrukken het belang van het behoud van biodiversiteit en de noodzaak voor bedrijven om hun impact hierop te beheren en te minimaliseren.
Bedrijven spelen een aanzienlijke rol in het beïnvloeden van biodiversiteit, zowel negatief (door bijvoorbeeld ontbossing of vervuiling) als positief (door behouds- en herstelinitiatieven). In het kader van ESRS moeten bedrijven inzicht geven in hoe hun activiteiten bijdragen aan het behoud of de aantasting van biodiversiteit. Dit omvat het rapporteren over directe en indirecte effecten op ecosystemen en soorten, en het nemen van verantwoordelijkheid voor het verbeteren van hun praktijken waar nodig.
Rapportagevereisten voor biodiversiteit onder ESRS
Bedrijven moeten een uitgebreide beoordeling uitvoeren van hoe hun activiteiten de biodiversiteit beïnvloeden. Dit omvat directe effecten zoals landgebruik en indirecte effecten zoals toeleveringsketens. Verder kan de organisatie opereren in een gebied waar een beschermd diersoort voorkomt en wat voor maatregelen ze treffen om de negatieve impact te minimaliseren of positieve impact te bevorderen.
Uit deze impact beoordeling moeten bedrijven, als ze dat nog niet hadden gedaan, specifieke KPI’s (Key Performance Indicator) vaststellen en volgen die relevant zijn voor hun impact op biodiversiteit. Voorbeelden hiervan zijn de mate van landgebruik, de status van bedreigde soorten in de gebieden waar ze actief zijn en veranderingen in de kwaliteit van natuurlijke habitats. Het is essentieel dat bedrijven duidelijke doelstellingen stellen voor het verbeteren van hun impact op biodiversiteit en regelmatig rapporteren over hun voortgang bij het bereiken van deze doelstellingen.
De mitigatie hiërarchie
Een handig hulpmiddel vanuit de ESRS voor het herkennen van de positieve invloed op biodiversiteit is de mitigatie hiërarchie. Hierbij gaat het de verschillende lagen die gericht zijn op het aanpakken van de positieve of minimaliseren van negatieve invloed op de biodiversiteit en natuurbescherming. Deze lagen, gesorteerd op voorkeur, zijn:
- Vermijding: het doel is om negatieve milieueffecten volledig te voorkomen waar mogelijk. Zoals het vervangen van dierlijke producten.
- Minimalisatie: Indien het vermijden van impact niet mogelijk is, is de volgende stap op deze impact minimaal te houden. Dit omvat het verminderen van de omvang, intensiteit of duur van negatieve milieueffecten. Zoals bijvoorbeeld een beleid op het niet-stationair draaien van vrachtwagens.
- Restauratie en rehabilitatie: deze interventie richt zich op het herstellen of verbeteren van ecosystemen die al zijn aangetast door de activiteiten van de onderneming. Zoals het plaatsen van een goot zodat egels niet over de weg hoeven te lopen.
- Compensatie of Offset: als laatste redmiddel, wanneer de negatieve invloed op milieu niet kunnen worden vermeden of voldoende geminimaliseerd worden en hersteld, dan kan compensatie of offset worden overwogen. Dit houdt in dat de negatieve effecten worden gecompenseerd door positieve maatregelen elders te nemen. Zoals het herbebossen van het regenwoud.
Verbinding met andere ESRS hoofdstukken
Gezien de omvang en de afhankelijkheid van bedrijven voor de grondstoffen uit natuurlijke bronnen, biodiversiteit en ecosystemen kan het ook niet anders dan dat de andere milieu-onderwerpen verbonden staat met dit onderwerp, zoals:
- ESRS E1 Klimaatverandering: de invloed van broeikasgasemissies en energieverbruik op de planeet en biodiversiteit.
- ESRS E2 Vervuiling: de invloed van vervuiling van water, lucht en bodem op de ecosystemen en biodiversiteit.
- ESRS E3 Water en marine bronnen: het gebruik van marine bronnen en water.
- ESRS E5 Bronnen en circulaire economie: de transitie naar circulair grondstofgebruik en reduceren van afval en vervuiling.
Gebreken van biodiversiteit onder de ESRS
Ondanks dat de ESRS inzichten biedt in de actuele en potentiële, positieve en negatieve impact op biodiversiteit, wordt de ESRS bekritiseert op het gebrek van diepgang in biodiversiteit. Dit is in zijn geheel een kritisch punt op de ESRS, omdat niet alle 10 ESG onderwerpen behandeld hoeven te worden – zolang ze niet materieel zijn voor de organisatie. Het komt dan ook vaak voor dat biodiversiteit de laagste prioriteit heeft of niet behandeld wordt, omdat de andere (milieu) onderwerpen direct of indirect een impact maken op het klimaat, ecosystemen en biodiversiteit, zoals vervuiling, grondstof gebruik, en klimaat verandering. Ook is het onderwerp vaak nieuw en onbekend voor bedrijven en is er een gebrek kennis binnen de organisatie.
Conclusie en toekomstperspectieven
De integratie van biodiversiteit in ESRS-rapportage benadrukt het groeiende besef dat bedrijven een cruciale rol spelen in het behoud van natuurlijke ecosystemen. Door transparant te rapporteren over hun impact en inspanningen, kunnen bedrijven niet alleen voldoen aan regelgevende vereisten, maar ook een leidende rol spelen in de transitie naar een duurzamere toekomst.